Vooruitkijkbespiegelingen

Enkele gedachten over het al dan niet voorbereiden van een fietstocht.

De omvang van mogelijke voorbereidingen voor een fietstocht nadert vermoedelijk de oneindigheid. Het is onvoorstelbaar wat je allemaal wel niet mee kan nemen, waar je aan gedacht moet hebben. Tegelijk is het ook onvoorstelbaar wat je allemaal wel niet kan vergeten. Van ogenschijnlijke vanzelfsprekendheden als een regenpak, bandenplaksetjes en een kaart van de omgeving tot minder conventionele zaken als een tweetalige uitgave met commentaar van de Kritik der reinen Vernunft van I. Kant (dit lees je toch gewoon in het Duits, kom op), de 4e symfonie van Mahler op de iPod of een föhn. Al deze dingen kan je meenemen, of niet! Los van het feit dat een voorbereiding sterk samenhangt met de lengte van een tocht – een standaard rondje door de Ooijpolder van 20 km vergt een andere voorbereiding dan van Rome naar Nederland fietsen, ook al kunnen er ook tijdens de kleinste tochtjes van allerlei rampen gebeuren – is het interessanter om de vraag te stellen of het beter of slechter voorbereid op reis gaan daadwerkelijk bijdraagt aan het plezier van de reis, of juist niet. Ilja Leonard Pfeijffer ging op zijn reis van Leiden naar Rome tamelijk onvoorbereid op pad, zoals we kunnen lezen in zijn ‘Filosofie van de Heuvel’. Een ‘Oude Batavus’, een routekaart van Frankrijk, een creditcard en dat was het wel zo’n beetje. Heb je echt meer nodig? Ik ben er zeker van dat juist het gebrek aan voorbereiding zijn tocht, samen met een Russische fotografe, een extra dimensie heeft gegeven. Zijn compagnon stelt bovendien in het begin van het vermakelijke reisverslag dat verwachtingen überhaupt funest zijn voor een mensenleven, en het dus beter is er maar zo min mogelijk van te koesteren. Een interessante gedachte, die stoïcijns aanvoelt.

Mijn voorbereidingen zijn zeker niet in volle gang, maar ze bestaan wel. Ze bestaan vooral in het feit dat ik mij zit te verkneukelen terwijl ik eindeloos op Google Maps zit te kijken waar ik ga fietsen. Dat is gewoon keiharde voorpret. De beoogde route is ook al meerdere keren veranderd. Ik weet zeker dat ik tijdens de reis de route ook weer ga aanpassen. Ik ben in het bezit van ‘Reitsma’s Route naar Rome’ (https://www.reitsmaroutes.nl). Zijn uitgestippelde routes, suggesties voor overnachtingen en algemene tips zullen zeker van pas komen, maar ik zal ze eerder als handige back-up gebruiken dan als leidraad. De vrijheid om te gaan waar ik wil tijdens zo’n fietsreis is me erg lief. Verder is mijn fiets reeds in Rome gearriveerd, dankzij Fietsvervoerbedrijf Soetens. Zoals ik al elders riep, is een fiets vermoedelijk het belangrijkste – of beter, het noodzakelijkste – onderdeel van een fietstocht. Ik heb fietstassen, een helm, een regenpak, een kilometerteller die werkt. Dat laatste is ook zeer belangrijk. Ook de sponsoractie loopt goed. En wat ook wel van pas zal komen, is een goede conditie. Het werk als fietsgids houdt mij dagelijks in beweging hier. Vaak rondjes van 26 km, soms van 15 km, nu eens beklim ik op eigen houtje bij wijze van training een paar van de vele heuvels van de Eeuwige Stad, dan weer maak ik een langere tocht in de prachtige omgeving van Rome. Dat was het wel qua voorbereiding.

Ik probeer niet teveel uit te zien naar de grootste fietstocht van mijn leven. Dat zou teveel verwachtingen scheppen. Maar de motivatie om dit te gaan flikken is enorm. En dat is denk ik onontbeerlijk. Als je al met tegenzin aan de eerste kilometers van misschien wel 2000 gaat beginnen, wordt het een moeilijke opgave.

Iedereen moet lekker zelf weten hoe hij of zij een fietstocht wenst voor te bereiden. Ik denk dat je wel kan stellen dat je het niet al te veel moet plannen, maar verder gaat het mijns inziens bij elke fietstocht toch vooral om het fietsen zélf. De bestemming is nodig omdat je anders niet zou vertrekken, maar het vertrek vanuit Rome en de aankomst op de bestemming zijn slechts vlindervleugelslagen op de tijdsschaal van 25 dagen op de fiets. Ik heb mijn fiets en onwijs veel zin.

Nog 17 dagen! 30 juli is Dag 1.